't Olde Karspel - periodiek van de Historische Vereniging De Wijk - Koekange

60 jaar aardgas in Schoonvelde

door Hendrik Veeningen

Het is dit jaar 50 jaar geleden dat het bekende gasveld van Slochteren werd ontdekt en in productie genomen.
De Nederlandse Aardolie Maatschappij heeft dit jubileum aangegrepen om eens flink aan de weg te timmeren.

Doorgaans treedt de NAM niet zo vaak naar buiten en het liefst doet zij haar werk in betrekkelijke stilte, maar dit jubileumjaar wordt flink uitgepakt met allerlei festiviteiten en worden met name in het Groningerland vele aktiviteiten georganiseerd. Zo is er bij het Dagblad van het Noorden een speciale krant verschenen waarin van alles verteld wordt over dat bewuste grote gasveld in Slochteren. In het voorbijgaan wordt weliswaar gerept over enkele kleinere gasvelden elders in Drenthe en Groningen, maar bij de festiviteiten spelen die geen rol, er wordt nauwelijks aandacht aan besteed.

Iedereen in Nederland weet onderhand wel dat het aardgas dat wij dagelijks gebruiken, uit Slochteren komt en dit dus nu al 50 jaar. Dat juist in onze omgeving al 10 jaar daarvóór gas werd gevonden, is bij het overgrote deel van de mensen onbekend. Reden temeer om in deze aflevering van 't Olde Karspel eens wat meer aandacht te schenken aan het gasveld dat zich letterlijk onder onze voeten bevindt.

Hoewel er voor de oorlog al hier en daar aardolie was aangeboord, ging de NAM na de oorlog op grotere schaal op zoek naar nieuwe oliebronnen. In Drenthe werden ook vele proefboringen gedaan en tijdens een dergelijke boring naar olie in 1948 werd in de buurt van Steenwijksmoer, bij toeval, aardgas aangeboord en een jaar later, in 1949, was het raak in Schoonvelde tussen de Wijk en Koekange; er werd aldaar een winbare hoeveelheid aardgas aangetroffen. Aanvankelijk was de NAM helemaal niet zo blij met het aardgas. Men had liever olie aangeboord; daar was meer aan te verdienen, zo was de toen geldende redenering. Onder meer ten gevolge van de Suezcrisis (1956), waardoor olietankers helemaal moesten omvaren om Kaap de Goede Hoop, begon men meer en meer de economische waarde van het aardgas in te zien. Inmiddels was de stad Coevorden al aangesloten op het aardgas en gedurende de jaren zestig zou een indrukwekkende operatie op gang komen van ombouw van apparatuur en werd in rap tempo het gehele land aangesloten op het aardgasnet.

Voordat ik u iets meer over het Schoonvelde-gasveld ga vertellen, eerst iets over het ontstaan van aardgas. We vinden het allemaal heel vanzelfsprekend dat er elke dag gas uit de kraan komt en dat het merendeel van onze huizen wordt verwarmd met deze delfstof uit eigen bodem. De meeste mensen hebben er geen idee van hoé het aardgas eigenlijk is ontstaan. Er zijn zelfs mensen die geloven dat het daar beneden ook telkens weer wordt aangevuld…. Was het maar waar!
U moet zich voorstellen dat onze omgeving er 350 miljoen jaar geleden héél anders uitzag: er was een tropisch klimaat met weelderige plantengroei en moerassen. Elk jaar sterft dit organische materiaal af en hoopt het zich op. Als dit maar lang genoeg doorgaat, ontstaat veenvorming. Door geologische veranderingen in onze aardkorst raken deze veenlagen geïsoleerd en komen ze onder druk te staan. Zo veranderen ze uiteindelijk in steenkool. Door ontkoling ontstaan tenslotte olie en gas. Het aardgas heeft zich opgehoopt in poreuze zandsteenlagen, die zijn afgesloten door een ondoorlaatbare zoutsteenlaag. Door middel van seismisch onderzoek in de bodem worden olie en gasvoorraden opgespoord.

Op 24 juni 1949 is de NAM begonnen met het boren van de eerste put in Schoonvelde, met als resultaat dat nog in hetzelfde jaar een winbare hoeveelheid gas werd aangetroffen. Op de foto zien we de eerste boortoren in het landschap. Het kleine (tol) huisje stond schuin tegenover de boorlocatie langs een inmiddels gedempte wijk. Als aardige bijkomstigheid zien we een oldtimer auto, nog voorzien van een kentekenplaat met een zogeheten D-nummer, waaraan je kon zien uit welke provincie de auto kwam. Het bewuste huisje werd bewoond door de gebr. de Lange, die er een keuterboerderijtje hadden. Zij waren ook de gebruikers van de grond waar de NAM ging boren en zij vonden dat aanvankelijk helemaal niet leuk.

Eigenaar van de grond was een onderling ziekenfonds uit Meppel met de naam "Draagt Elkanders Lasten". De grond is nu nog steeds eigendom van een charitatieve instelling die is voortgekomen uit dat ziekenfonds. De NAM had en heeft nog altijd als uitgangspunt dat zij geen grond kopen, maar altijd huren. Wettelijk is deze huur bepaald op 2 x de productieopbrengst van de grond, maar de NAM betaalde 2,5 x deze waarde. Hierdoor en vanwege de ruimhartige opstelling van de NAM veranderde de aanvankelijke tegenzin van de boeren en werd de NAM een graag geziene gast, waarmee het plezierig samenwerken is.

Overigens is het altijd beleid van de NAM geweest dat men met name in de regio wonende mensen, verenigingen en initiatieven ondersteunde. Denk hierbij maar even aan Schoonebeek, dat aanvankelijk toch een achterstandsgebied was en dat door vooral de komst van de NAM een behoorlijke positieve impuls heeft gekregen.

Het gas in Schoonvelde zit op een diepte van tussen de 1400 en 1800 meter. Dit is vrij ondiep, want in Slochteren zit het op wel 3000 meter. Het gas bevindt zich zoals gezegd onder hoge druk in poreuze zandsteenlagen. Deze druk kan oplopen tot soms 500 bar. Ter vergelijking: de druk van een fietsband is ongeveer 2 bar. Door deze omstandigheid komt het gas vanzelf naar boven en soms gebeuren er door deze enorme druk ongelukken of bijna-ongelukken. Zo verdween in 1965 in het Oost-Drentse 't Haantje na een explosie een gehele boortoren in de diepte. Men had de druk niet onder controle kunnen krijgen. In Schoonvelde is dit ook een keer bijna gebeurd. Het was al zover dat het boorpersoneel in allerijl werd geëvacueerd. Door dagenlang hele vrachtwagenladingen cement in de put te storten, is uiteindelijk erger voorkomen.

De eerste put uit 1949 geeft nog steeds elke dag en nacht gas en afhankelijk van de vraag komt er een vrij constante hoeveelheid gas uit de bodem. Dit wordt samen met gas uit andere velden in de buurt door een pijpleiding vervoerd naar een centrale gasbewerkingsinstallatie in Ten Arlo, tussen Hoogeveen en Zuidwolde. Hier wordt het gas, dat nat uit de grond komt, gedroogd, verder behandeld en vermengd met gas uit Slochteren, zodanig dat de juiste calorische waarde wordt bereikt. Ook wordt op deze locatie de speciale geur aan het verder reukloze aardgas toegevoegd. Dit met het oog op de veiligheid voor de consument, die in geval van lekkage in ieder geval kan ruiken dat er iets niet in orde is.

Bij iedere boorlocatie zien we op enige afstand van de boorput een lange verticale pijp in het landschap, de zogeheten fakkelpijp, waarop vooral vroeger altijd een waakvlam brandde. De pijp diende ervoor dat in geval van calamiteiten, het eventueel vrijkomende gas meteen werd verbrand, zodat het zich niet verder zou kunnen verspreiden. Het affakkelen gebeurt ook wanneer men wil bepalen hoe hoog de druk van het gas is. Als men hiermee bezig is, zijn er vaak metershoge vlammen die tot in de verre omtrek zichtbaar zijn. Tegenwoordig beschikt men over meer verfijnde meet- en regeltechniek en wordt het affakkelen zo weinig mogelijk gedaan. Een bijkomende reden is dat er toch behoorlijke hoeveelheden gas nutteloos verbrand worden en de voorraden, hoe groot ook, uiteindelijk toch eens zullen opraken. In sommige velden is de druk al veel lager geworden, waardoor het gas niet meer zo gemakkelijk naar de oppervlakte komt. Veel boorputten worden tegenwoordig voorzien van een compressorinstallatie, die werkt als een omgekeerde fietspomp; het gas wordt als het ware naar boven gezogen. Met deze werkwijze denkt de NAM ongeveer 97 % van de aanwezige voorraden te kunnen winnen.

Hoewel een zegsman van de NAM mij dit niet kon bevestigen, weet ik me nog te herinneren dat vroeger alle boorlocaties dag en nacht werden bewaakt. Ook Arend Schoonvelde, die zijn hele leven al tegenover de gaslocatie woont, is deze mening toegedaan. Vroeger moesten de boorputafsluiters handmatig bediend worden. Misschien had het dáár mee te maken of was men bang voor vandalisme of, erger nog, sabotage. De NAM heeft echter nog nooit met dergelijke calamiteiten van doen gehad en dat heeft natuurlijk ook alles te maken met de goede naam die zij heeft opgebouwd. Toch zien we op de waarschuwingsborden dat het o.m. verboden is om foto's te maken van de installaties.

Tegenwoordig is er geen bewaking meer aanwezig, maar wordt er wel dag en nacht steekproefsgewijze gepatrouilleerd. Ook de bediening van de afsluiters gebeurt niet meer handmatig, maar op afstand vanuit een centrale regelkamer in Assen. Daarbij wordt gebruikgemaakt van satelietverbindingen.

Het gasveld Schoonvelde is nog dermate belangrijk dat er nog in 2001 een nieuwe put is geboord en in productie genomen. Hoewel de NAM niet precies weet hoeveel gas er nog zit, denkt men toch nog een behoorlijk aantal jaren hier te kunnen produceren. Als blijkt dat het veld leeg is - er geen winbare hoeveelheden meer zijn - , wordt de put afgesloten, de locatie opgebroken en de grond teruggegeven aan de eigenaar. In Echten is de boorlocatie nog wel aanwezig, maar de put is inmiddels onder stikstofdruk afgesloten, terwijl de locatie op Struikberg helemaal verdwenen is en als zodanig al niet meer te herkennen.

Voorlopig blijft het gasveld in Schoonvelde er mede voor zorgen dat Nederland zich 's winters kan blijven warmen aan het onzichtbare goud dat daar al jaren uit de grond komt.

Met dank aan A. Schoonvelde en de afd. Communicatie van de NAM.

*****